eeuw edelsmeedkunst 1835-1935, Begeer/Brinkgreve 1935, passim
Nederlands zilver 1815-1960, The Hague 1960, p. 14, 87, 95
Lexicon Nederlandse beeldende kunstenaars, 1750-1950 [Scheen, 1969] [2-delig], Scheen 1969-1970, vol. 2, p. 657
Lexicon Nederlandse beeldende kunstenaars, 1750-1880 [Scheen, 1981], Scheen 1981, p. 607, afb.nrs. 877, 884 en 885
Frans Zwollo sr 1872-1945 en zijn tijd = Frans Zwollo sr 1872-1945 und seine Zeit, Ter Molen/Duinker/Funk 1982, p. 10
Industrie en vormgeving in Nederland 1850-1950, Amsterdam 1985, p. 219
Kunstnijverheid in Nederland 1880-1940, Eliëns/Groot/Leidelmeijer 1996, passim
Leven in een verzameling : toegepaste kunst 1890-1940 : collectie Meentwijck, Leidelmeijer/Raassen-Kruimel/Bax 2000
Vrouwen in de vormgeving in Nederland 1880-1940, Groot 2007, p. 76, 211
Mythen van het atelier : werkplaats en schilderpraktijk van de negentiende-eeuwse Nederlandse kunstenaar [Breitner omslag], Jonkman/Geudeker 2010, p. 53
Literatuur
A. Pit, 'Der holländische Bildhauer Zyl', Dekorative Kunst 1 (1898) 2, p. 72-75
W.C.Bauer, 'Mendes da Costa en Zijl', De Opmerker 26 (1891), p. 13-14
R.W.P. de Vries jr, Lambertus Zijl, Bussum 1946
E. Braches, Het boek als Nieuwe Kunst 1892-1903. Een studie in Art Nouveau, Utrecht 1973 [diss.], p. 43, 48, 49, 81
D. de Boer, B.H. Spaanstra-Polak e.a., Nederland rond 1900. Contouren van een cultuur. Kunst Literatuur Muziek Film, Haarlem 1979, p. 67 en passim
M. Broekhuis, 'Ideologie in steen-Het beeldhouwwerk van Lambertus Zijl aan het beursgebouw te Amsterdam', Nederlands Kunsthistorisch Jaarboek 34 (1983), p. 195-226
F.Bijl de Vroe, De schilder Jan Veth 1864-1925. Chroniqueur van een bewogen tijdperk, Amsterdam/Brussel 1987, p. 157
F. Leeman, 'Lambertus Zijl', (boekbespreking), Jong Holland 7 (1991), p. 53-55
I.Jager, Willem Kromhout Czn., Rotterdam 1992, p. 64,65
C.Schade, 'Architect Van der Pek en beeldhouwer Zijl', Jong Holland 9(1993), p. 50-53
M. de Bois e.a., Carel Adolph Lion Cachet, Assen/Rotterdam 1994, p. 22 en passim
Y.Koopmans, H.A. van den Eijnde 1869-1939, Assen 1994,27 en passim
L.F.Jintes en J.T.Pol-Tyskiewicz, Chris van der Hoef 1875-1933, Leiden, Assen, Gent,1994, p. 8 en passim
E.P.Tibbe, R.N. Roland Holst : arbeid en schoonheid vereend : opvattingen over gemeenschapskunst, Amsterdam 1994, p. 84 en passim
Y.Koopmans, Muurvast & gebeiteld.Beeldhouwkunst 1840-1940, Rotterdam 1997[diss.], p. 7 en passim
J.J. Heij (red.) e.a, George Rueter 1875-1966, Zwolle (Waanders), Haarlem (Teylers Museum), Assen (Drents Museum) 1999, p. 106,109
Y. Brentjens, Dwalen door het paradijs. Leven en werk van G.W. Dijsselhof (1866-1924), Den Haag /Zwolle 2002, p. 22 en passim
J.J. Heij, Vernieuwing en bezinning.Nederlandse beeldende kunst en kunstnijverheid ca.1885-1935 uit de collectie van het Drents Museum,[ Drents Museum, Assen], Zwolle 2004, p. 228-229
M.Bax, Het web der schepping : theosofie en kunst in Nederland : van Lauweriks tot Mondriaan, Amsterdam 2006, p. 412,413
H.Balk, De Kunstpaus H.P.Bremmer 1871-1956, Bussum2006, p. 129 en passim
